Als naaste beland je vaak in drie valkuilen: de redderrol, leugens en onveiligheid.
Dat is zwaar. Voordat je deze zinnen hardop durft uit te spreken, gaat er vaak een heel proces aan vooraf: twijfel, schaamte, schuldgevoel, angst voor ruzie of voor wat er gebeurt als jij stopt met meegaan.
Juist daarom deel ik deze zinnen. Natuurlijk zullen ze niet alles in één keer veranderen, maar het is een begin. Een eerste grens, een handvat om niet langer stil te blijven en om jezelf stap voor stap ruimte terug te geven.
1. Redderrol / geldvraag
“Ik begrijp je, en dit probleem los ik niet voor je op.”
→ Je stopt met redden. Je geeft liefde in plaats van geld of smoesjes.
2. Leugens
“Ik praat niet verder met je zolang ik twijfel aan de waarheid. Als je eerlijk bent, luister ik.”
→ Geen strijd over wat waar is en wat niet. Je legt de lat bij eerlijkheid.
3. Onveiligheid, gesprek loopt uit de hand
“Ik stop nu met dit gesprek. Morgen om 10.00 uur, als je nuchter bent, praten we verder.”
→ Je stapt uit de spiraal omlaag en geeft wél een duidelijk alternatief. Dit voorkomt ruzie in het moment en vergroot de kans op een echt gesprek later.
Bonus (fysieke veiligheid):
“Ik stap niet bij je in de auto als je hebt gedronken/gebruikt. Ik regel mijn eigen vervoer.”
Je beschermt jezelf en anderen. Dat lijkt logisch, maar juist onder druk is dit vaak het moeilijkst om te zeggen. Deze zin helpt je om het tóch te doen, zonder discussie..
Vraag:
Welke zin zou jij nog in dit rijtje zetten? Bijvoorbeeld: wat doe jij als hij/zij je om geld vraagt en je voelt de druk om te redden?

Add comment
Comments